zondag 29 april 2012

Een basiscursus lekken

Gawker had begin april groot nieuws: ze hadden een nieuwe medewerker. De Fox Mole zou geregeld stukjes schrijven over de normale gang van zaken bij Fox News. Verder dan één artikeltje is de mol niet gekomen, omdat Fox binnen een dag had achterhaald dat Joe Muto, een producer van The O'Reily Factor het lek was.
Hoe hadden ze Muto zo snel ontdekt?
In the end, it was the digital trail that gave me away. They knew that someone, using my computer login, had accessed the sources for two videos that ended up on Gawker over the past few weeks. They couldn't prove it entirely, but I was pretty much the only suspect.
I denied it, which is why they didn't fire me outright. But two nice gentlemen from security escorted me to my desk to pack up my stuff, and it was pretty obvious at that point that I would not be setting foot back into 1211 Avenue of the Americas again.
Tja, dat was geen succes.
Een dag later publiceerde Wired een lijstje met tips hoe te voorkomen dat je betrapt wordt, onder andere deze:
  • Don’t use your work computer or work phone to communicate with the recipient of your leaks.
  • Give yourself a code name. It won’t help protect you, but it’ll make you feel cool.
  • Don’t give away personal details that are identifying if you want to remain anonymous — like calling yourself the “only liberal working at Fox News.”
  • Be aware that the document you plan to leak could be seeded with information designed to catch a leaker. One parent company we know (which shall remain nameless) used to send slightly different versions of the same leakworthy document to different departments to hone in on the leaker once they were published.
  • Documents you find lying around at the printer or fax machine are far easier to leak anonymously than digital ones.
  • Don’t leak information from inside a media organization owned by Rupert Murdoch, or any other company that employs hackers. They have ways of hearing you talk.
  • Better yet, don’t give the recipient a document at all; read it over the phone. It’s easier to be a source of information, rather than a leaker of documents. Computers leave trails — always.
Om de schade enigszins te beperken heeft Gawker zelf daarna ook nog maar een lijstje met tips gemaakt. Ik heb alleen bij de tip over metadata de volledige toelichting laten staan:
  • Don't tell us who you are
  • Don't read Gawker
  • Don't Use Your Work Computer
  • Create a Dummy, Untraceable Email Account
  • Don't Leak Any Electronic Documents
  • Beware Metadata.
    If you send us a photo, we will make sure it is scrubbed of EXIF data—which contains all manner of information that could help identify who took it, including the GPS coordinates where the picture was taken—before we post it. But it's safest to scrub it yourself. One easy way to do this is to take a screengrab of the image and delete the original. Whatever you do, don't post a photo taken with your phone directly to Gawker, Twitter, or any other web site unless you are fully prepared for everyone to know where and when it was taken. One Anonymous hacker learned that lesson the hard way earlier this month when he was arrested in part on the strength of evidence gleaned from a photo of a women he posted to his anonymous Twitter account. The EXIF data showed that it was taken at the suspect's girlfriend's house. It's not just photos—all manner of digital documents, from text files to movies, contain varying amounts of metadata that could easily help identify their provenance. Strip them out.
  • Use Tor
  • Don't Talk on the Phone
  • Use a Gawker Burner
  • Hand Delivery
  • U.S. Mail
Veertig jaar geleden was lekken veel makkelijker...

Plaatje: Mole van Mick Talbot

vrijdag 27 april 2012

donderdag 26 april 2012

De gevolgen van een gestolen rijbewijs

Over The broken window schreef ik dat het onderwerp van het boek doodeng is. In Vrij Nederland stond vorige week een artikel dat dit in al zijn gruwelijkheid illustreert.
VN beschrijft de lotgevallen van Steven Romet, die in 1995 ontdekt dat zijn rijbewijs gestolen is, waarna er in korte tijd 1737 auto's op zijn naam geregistreerd worden. Dit leidde er toe dat zijn uitkering werd stopgezet, want iemand die in één maand 200 auto's kan kopen, heeft geen uitkering nodig. Daarna begon de helletocht pas echt, want ondanks dat hij aangifte van de diefstal gedaan had, bleven er auto's op zijn naam geregistreerd worden:
Ik verhuisde naar een kleine flat in de Bijlmer, klaar om aan een nieuw leven te beginnen, maar daar werd ik binnen twee weken bedolven onder een bombardement van vensterenveloppen van allerlei ambtelijke instanties. Het was verschrikkelijk. Als ik mijn brievenbus ging legen, moest ik een vuilniszak meenemen. Aanslagen, boetes, aanmaningen, apk-keuringen, verkeerscontroles, brieven van het Centraal Justitieel Incassobureau, motorrijtuigenbelasting, de Rijksdienst voor het Wegverkeer - ik had moeiteloos alle muren van mijn flat kunnen behangen met alle papierzooi die op me afkwam.
[...]
Al gauw bleek dat dagelijks tientallen auto's op mijn naam werden gezet. Ik kreeg boetes voor te hard rijden in delen van het land waar ik nooit was geweest. Op een dag ben ik met zo'n volle vuilniszak naar mijn advocaat gestapt. Hij raadde me aan de paperassen af te leveren bij het politiebureau. De vriendelijke agent die me te woord stond, beloofde dat als ik die poststukken bij hem afleverde, hij alles zou uitzoeken en afhandelen. In werkelijkheid gebeurde er niets. De post werd gewoon in een hoek gekwakt en er was niemand die er naar omkeek. Ze vonden mijn zaak te ingewikkeld.'
Terwijl de oplossing toen nog redelijk simpel was. Als Romet een nieuw rijbewijs had aangevraagd, was zijn oude automatisch ingetrokken (dat was destijds de enige manier om rijbewijzen in te laten trekken) en hadden er dus geen auto's meer op basis van dat rijbewijs geregistreerd kunnen worden.
Alleen... niemand vertelde Romet dat hij dit moest doen.
Ondertussen werd hij om de haverklap opgepakt omdat hij nog boetes open had staan en in het opsporingsregister stond. Dat de goede man een donkere huidskleur heeft zal - het spijt me dit te moeten zeggen - ook niet in zijn voordeel hebben gewerkt.
Vanwege zijn zwervende bestaan liet Romet zijn post bij het Amsterdamse goodwill-centrum van het Leger des Heils bezorgen. Zodra de deur daar voor hem openzwaaide, zag hij de tot de rand gevulde doos die op hem wachtte, vol aanslagen en bekeuringen. Omdat hij niet betaalde en aanmaningen negeerde, werd hij keer op keer opgepakt. Van 18 augustus 1996 tot 22 januari 1997 zat hij vast in de Rotterdamse gevangenis De Schie, maar toch toonde de Rijksdienst voor het Wegverkeer zich achteraf doof voor het verweer dat een opgesloten Romet onmogelijk aansprakelijk kon worden gesteld voor het tussentijds op zijn naam zetten van 453 kentekens.
Uiteindelijk vroeg Romet in 1997 met geleend geld een nieuw rijbewijs aan en werden er dus geen nieuwe auto's meer op zijn naam geregistreerd. Maar, het was ook niet mogelijk om de reeds op zijn naam staande auto's te verwijderen:
'Iedereen wist dat dit niet deugde, maar toch lukte het niet om de Rijksdienst voor het Wegverkeer ertoe te bewegen om de gegevens van de ten onrechte aan Romet toegeschreven auto's in het kentekenregister te veranderen. Dergelijke wijzigingen zouden de zuiverheid van de registratie aantasten,' verzucht Struycken [advocaat van Romet, IKo]. 'We werden van het kastje naar de muur gestuurd. De rechtbank zei: als u kunt aantonen dat de gegevens niet kloppen, dan deponeert u een correctieverzoek bij de Rijksdienst, maar die correctie kunnen wij nóch afdwingen nóch bevelen. Dat heet rechtspraak! Het komt erop neer dat overheid criminaliteit faciliteert. Zolang dat maar volgens de regels gebeurt, vindt de bestuursrechter alles best.'
Uiteindelijk leek het allemaal te zijn opgelost, Romet vond geen wagonladingen met vensterenveloppen meer in zijn brievenbus. Eind goed, al goed zou je denken.
Maar helaas, in 2004 werd Romet weer voor drie weken gevangen gezet.
'Het bleek dat er negentig gijzelingsbevelen lagen vanwege frauduleuze kentekenregistraties,' herinnert hij zich. 'Ik dacht dat dit misverstand al lang was rechtgezet, maar ondanks alle brieven die mijn advocaat had verstuurd, had de Rijksdienst voor het Wegverkeer de gegevens nooit gecorrigeerd.' En wéér verdween de onfortuinlijke Steven Romet voor drie weken achter slot en grendel, dit keer bij gevangenis de Dordtse Poorten in Dordrecht.
Struycken schrok toen hij hoorde dat zijn cliënt opnieuw vastzat, nu met de aanzegging dat hij voor twee jaar gegijzeld zou worden wegens alle bekeuringen die met op zijn naam gestelde auto's waren opgelopen. 'We hadden al jaren geen contact meer, ik ging ervan uit dat hij uit de narigheid was,' zegt de advocaat. 'Het grootste deel van zijn dossier was al bij mij in de papierversnipperaar verdwenen. Met de gegevens waar ik nog over beschikte, heb ik een nacht doorgewerkt aan een schorsingsverzoek. Om bezwaar te kunnen maken, moest ik weten welke sancties precies waren opgelegd. Toen ik die gegevens eindelijk in mijn bezit had, waren we ruim twee weken verder. Al die tijd zat Romet onschuldig vast, maar het lukte me niet om eerder een kort geding aan te spannen. Drie dagen voor de zitting meldde de landsadvocaat doodleuk dat het niet meer hoefde. Romet was vrijgelaten.'
Voor Romet lijkt het ondertussen allemaal te zijn "opgelost." In februari van dit jaar heeft het Europese Hof voor de Rechten van de Mens uitspraak gedaan in zijn zaak en vastgesteld dat de Nederlandse regering artikel 8 van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens heeft overtreden en dat Romet recht heeft op een schadevergoeding van €9.000. (Volgens de advocaat is dit trouwens nog geen tiende van de werkelijke schade die Romet geleden heeft...)

Emeritus hoogleraar Overkleeft-Verburg heeft in haar afscheidscollege ook stilgestaan bij het geval Romet. In VN zegt ze hierover:
'Nederland loopt in Europa voorop in het opbouwen van e-government, maar het bestuursrecht gaat nog steeds uit van een overheidsadministratie zoals die aan het begin van de jaren tachtig functioneerde. Dat wringt. Bestuursrechters bedienen zich van mantra's die niet de vereiste rechtsbescherming garanderen. De grootste klant van de Rijksdienst voor het Wegverkeer is het Openbaar Ministerie. Om tot een sluitende begroting te komen, moet de dienst haar klanten tevreden stellen - en dat is niet de burger. Als je het verweer van de staat in de zaak-Romet goed leest, dan proef je daarin een verwijt aan het individu dat de overheid in de uitoefening van haar digitale taak bemoeilijkt. De burger die zich niet gedwee laat programmeren, heeft een probleem. Dat begint langzamerhand een systeemdwang te worden.'
En opnieuw de vraag:

Welke rol willen of moeten archivarissen hier in spelen?

Gerelateerd
Computer says no: NRC en iOverheid

woensdag 25 april 2012

Een SMS kan je je huis kosten

Afgelopen weekend werd in België het volgende bekend:
Ook een sms kan dienen als rechtsgeldig bewijs bij een verkoop. Dat ondervonden de verkopers van een woonhuis in Oost-Vlaanderen. Nadat ze kandidaat-kopers eerst via sms hadden laten weten dat ze akkoord gingen met hun bod, verkochten ze de woning later toch aan mensen die meer hadden geboden. Maar daar stak de rechtbank uiteindelijk een stokje voor. Dat schrijft een krant van De Persgroep.
De verkopers van de woning stuurden naar de kandidaat-kopers een tekstbericht om te melden dat ze ingingen op hun bod van 550.000 euro. Maar toen de kopers wat later terugbelden, kregen ze te horen dat iemand anders inmiddels een verkoopsovereenkomst had ondertekend.
De eerste kandidaat-kopers lieten het daar niet bij en stapten naar de rechtbank in Gent. Die oordeelde uiteindelijk dat de sms die de verkopers hadden gestuurd een wettig geschrift is en dus moet worden gerespecteerd.
[...]
"Dat gebeurde eerder al voor faxen en e-mails, maar nu is ook duidelijk dat een sms een echt geschrift is en dat mensen aangesproken kunnen worden op wat ze erin schrijven", besluit de advocaat, "op voorwaarde dat er geen discussie bestaat over wie de sms verstuurd heeft en er ook andere bewijselementen, zoals telefoonrekeningen, voor handen zijn."
Nederland
Afgelopen weekend heb ik op rechtspraak.nl rond gezocht in uitspraken waar "sms" in voorkwam en dat leverde onder andere een zaak tussen UPS en Flextronic op, waarin verschillende sms-berichten een cruciale rol speelden. Opvallend in deze zaak is dat UPS in eerste instantie ontkende de afzender van een van de betwiste sms-en te zijn, maar naderhand dat verweer liet varen. Blijkbaar was Flextronic afdoende in staat om aan te tonen dat het bericht ontvangen en afkomstig was van iemand van UPS.

In het vonnis staat trouwens ook de volgende ietwat onbegrijpelijke passage:
2.9. Op 25 november 2009 heeft [gedaagde sub 3 in conventie] aan [betrokkene] per sms onder meer het volgende bericht:
(…) Ik heb besloten een formele klacht bij jullie algemeen directeur neer te leggen. Dit om een aantal redenen. Ik ben weggegaan bij de DPD omdat ik twee serieuze schadegevallen achter elkaar had in korte tijd. Bij UPS moest ik 4,50 EURO gaan betalen maar zou het in ieder geval beter gaan. Bij jullie heb ik in de afgelopen maand al zes!! Serieuze klachten. Ik zit al weken te wachten op een reactie van jullie. Daarnaast heb ik reeds vroeg in ons onderhandelingstraject aangegeven dat voor mij voorwaarde voor het continueren van het onderhandelingstraject en het verdere samenwerkingstraject is dat we ook voor de eerste periode de afgesproken prij berekend krijgen. Het feit dat jullie zowel de onderhandelingen als de samenwerking niet afgebroken hebben en jouw opmerking daar komen we wel uit, heb ik opgevat als een positieve reaktie op die voorwaarde. Ik ga dus absoluut niet accoord met de gefactureerde prijs. (…)
Dat moeten heel wat SMS-berichten achter elkaar zijn geweest.

Verenigde Staten
En vanmorgen las ik trouwens bij De Redactie dat de Amerikaanse autoriteiten een voormalige ingenieur van BP hebben gearresteerd op verdenking van het laten verdwijnen van bewijsmateriaal rondom de ramp van met het olieplatform Deepwater Horizon in 2010:
In de zaak is vandaag een eerste arrestatie verricht. Kurt Mix, een voormalige ingenieur van de oliemaatschappij BP die het boorplatform uitbaatte, wordt ervan verdacht meer dan 300 sms-berichten bewust te hebben laten verdwijnen.
Uit die berichten bleek dat de hoeveelheid olie die in zee stroomde veel groter was dat wat BP later zou toegeven, en ook dat de inspanningen die BP leverde om het lek te dichten, faalden. Het ging om sms-verkeer tussen hem en een hoger geplaatst figuur.
De 50-jarige Kurt Mix wordt onder meer "obstructie van het onderzoek" ten laste gelegd. Mix riskeert 20 jaar cel and torenhoge boetes.

Hoe dan ook, en Hans Waalwijk roept dit al zeker tien jaar: ook SMS-berichten kunnen ook archiefstukken zijn.

Gerelateerd
Laat een bericht achter na de piep

Plaatje: For Sale on Alberta Street van Jeff Jones

dinsdag 24 april 2012

Hoe de FBI jouw internet redt

Het is een beetje in een ingewikkeld verhaal, dat afgelopen week in de Huffington Post stond. Als ik het goed begrijp, heeft de FBI voor veel mensen de toegang tot internet gered, maar is dat vanaf 9 juli afgelopen.
In november 2011 was de FBI van plan om een "hacker ring" te ontmantelen, die geld verdiende aan valse advertenties. De criminelen hadden wereldwijd ruim 570.000 pc's besmet met kwaadaardige software:
This turned off antivirus updates and changed the way the computers reconcile website addresses behind the scenes on the Internet's domain name system.
The DNS system is a network of servers that translates a web address — such as www.ap.org — into the numerical addresses that computers use. Victim computers were reprogrammed to use rogue DNS servers owned by the attackers. This allowed the attackers to redirect computers to fraudulent versions of any website.
Op het moment dat de FBI die "valse" DNS-servers uit de lucht zou halen - wat ze eigenlijk van plan waren - zou dat betekenen dat die 570.000 pc's helemaal geen verbinding meer konden maken met het internet. Om dit te voorkomen, installeerden de "Feds" daarom maar twee schone DNS-servers die de plaats van de besmette servers innamen. In eerste instantie zouden die vervangers in maart van dit jaar weer offline gezet worden, maar een New Yorkse rechter heeft besloten dat dat te kort dag is. De servers blijven nu tot uiterlijk 9 juli online. Daarna worden ze ontmanteld en kunnen de mensen met besmette pc's dus geen verbinding met internet meer maken.
The U.S. has the most, about 85,000, federal authorities said. Other countries with more than 20,000 each include Italy, India, England and Germany. Smaller numbers are online in Spain, France, Canada, China and Mexico.
Op de site dns-ok.nl van SIDN kun je bekijken of je pc besmet is en staat ook wat je moet doen als dit het geval is. Doe maar even...

Het online houden van de schone servers kost de FBI ongeveer $87.000,- en is ook geen gebruikelijke strategie, maar:
FBI officials said they organized an unusual system to avoid any appearance of government intrusion into the Internet or private computers. And while this is the first time the FBI used it, it won't be the last.
"This is the future of what we will be doing," said Eric Strom, a unit chief in the FBI's Cyber Division. "Until there is a change in legal system, both inside and outside the United States, to get up to speed with the cyber problem, we will have to go down these paths, trail-blazing if you will, on these types of investigations."

maandag 23 april 2012

Gelezen: Jeffrey Deaver - The broken window

Het onderwerp van het boek is natuurlijk doodeng: in New York loopt een sadistische moordenaar rond die toegang heeft tot de database van een van de grootste dataminers van het land. Hij gebruikt al die gegevens over Amerikaanse burgers om zijn slachtoffers in te palmen en - wat nog erger is - om anderen voor zijn moorden op te laten draaien.
Maar als roman (of thriller of hoe je het ook wil noemen) vond ik het ergerlijk. Veel te veel  red herrings en plotwendingen, maar vooral de manier waarop Deaver de lezer manipuleert door montage en perspectiefwisselingen vond ik irritant. Van cliffhanger naar cliffhanger, dat vind ik wel erg vermoeiend.
Maar er staan wel een paar mooie passages over metadata in:
'Data about data. Every document that's created or stored on a computer - letters, files, reports, legal briefs, spreadsheets, Websites, emails, grocery lists - is loaded with hidden data. Who created it, where it's been sent, all the changes that have been made to it and who made them and when - all recorded there, second by second. You write a memo to tour boss nd for a joke start out with "Dear Stupid Prick," then delete it and write it correctly. Well, the "stupid prick" part is still in there.'
'Seriously?'
'Oh, yes. The disk size of a typical word-processing report is much larger than the text in the document itself. What's the rest? Metadata.(...)'
Gerelateerd
Hoe weet de supermarkt wat je nodig hebt?

donderdag 19 april 2012

Beschrijf je foto's


Since digital photography is instantaneous, we take and collect an enormous amount of photos. But as our personal collections grow, it becomes more and more difficult to find specific photos. If your digital photos are difficult for you to manage, how will your loved ones be able to make sense of them in the future? This video explains how you can add descriptions and tags to your digital photo files to make it easier to organize and search your collection.
Gerelateerd
Metadata in je plaatjes
Embedded metadata manifesto
Het verhaal van een fotoalbum

dinsdag 17 april 2012

De iPhone van Kraantje

Kijk nou eens goed naar deze cover door Kraantje Pappie van Love interuption van Jack White. Wat valt je dan op?

Precies! De rappers lezen hun teksten op hun telefoon...

Dus behalve de Mac van Rushdie zullen we misschien ook wel de iPhone van Kraantje Pappie moeten bewaren (of emuleren).
Dat is nog eens wat anders dan de dag- foto- en knipselboeken die het FelixArchief heeft van The Strangers.

Gerelateerd
Mac van Rushdie
Muziek in het archief - voorheen een archiefding #23ad

maandag 16 april 2012

Google kan archiefstukken niet vinden?

In 2010 bleek dat de auto's die foto's maakten voor Google Streetview "per ongeluk" ook allerlei privé-data registreerden. Gisteren schreef de New York Times over een vervolgonderzoek van de Federal Comunications Commission. De FCC schrijft onder andere:
“Although a world leader in digital search capability, Google took the position that searching its employees’ e-mail ‘would be a time-consuming and burdensome task.’ ”
Is ook meteen duidelijk waarom Google Vault ontwikkeld is...

Overigens heeft Google voor deze obstructie een boete van wel $25.000 gekregen.
Verder constateerde de FCC dat het verzamelen van de data door Google niet illegaal was, omdat de data niet versleuteld waren.

Gerelateerd
Google Vault is geen Google records management

zondag 15 april 2012

Middageten in de tuin

Al een paar maanden verdwijnen regelmatig alle musjes en meesjes plots uit onze tuin. Dan blijkt een sperwertje op de schutting of het muurtje te zitten. Gistermiddag, terwijl wij broodjes met knakworstjes aten, zat de sperwer op zijn dooie gemak een musje op te peuzelen.
Hij zat eerst op het bankje en daarna wat wat meer in de beschutting van de struiken.
Helaas zat hij eigenlijk iets te ver weg en was de lens van onze camera niet groot genoeg, desondanks heb ik er toch maar een paar foto's van gemaakt.
Na drie kwartier waren er alleen nog wat veren en de bovenkant van de snavel van de mus over.

zaterdag 14 april 2012

Identiteitsdiefstal in de 19e eeuw

Op het weblog van de Britse National Archives stond gisteren een interessante post over identiteitsdiefstal in de 19e eeuw:
It was one of a number of fictitious wills that were the subject of a case known as ‘The Will Forgeries’. Several members of an organized gang were convicted in this case at the Old Bailey in 1844. They identified dormant accounts in the Bank of England that contained large sums of money, then forged wills in the names of the account holders and registered fictitious deaths in the same names. Armed with the death certificates and wills, they obtained probate from the PCC at Doctor’s commons, presented the grants of probate to the Bank and collected the money.
Het testament (hierboven) is van Anne Slack die volgens een bijbehorende overlijdensakte in 1843 op 72-jarige leeftijd zou zijn gestorven. De werkelijke Anne Slack was in 1843 pas 36.
It was remarkably easy to obtain a death certificate up to 1874, when the law was changed. Prior to that, no medical certification was required, so the informant’s word was enough for the registrar to issue a death certificate.
Deze zaak heeft destijds in Londen heel veel aandacht gekregen: de publieke tribune van de Old Bailey zat iedere dag en er stonden uitgebreide verslagen in de kranten.
Weet iemand een vergelijkbare zaak in Nederland?

Gerelateerd
Dood is een kruisje
O jee, een gemanipuleerd archiefstuk

vrijdag 13 april 2012

Ik lees, ik lees wat jij niet leest (2)

Gisteren beschreef ik dat analoge teksten over het algemeen stabiel zijn: ze beginnen linksboven en eindigen na een lineair proces rechtsonder. David Smits zegt daarover:
‘Een auteur van een boek weet precies wat een lezer gelezen heeft wanneer hij bij een bepaalde pagina is [...]
Bij een website is dat anders. Het is moeilijk om te zien waar de lezer vandaan komt en welke pagina de gebruiker vooraf heeft bekeken. En dat is wel relevant voor dat wat je als auteur op de volgende pagina wil schrijven. Mijn systeem maakt dat op een generieke manier mogelijk voor een auteur. Hij ontwerpt niet alleen de inhoud van zijn pagina's, maar ontwerpt ook een domeinmodel. Daarbij koppelt hij de onderwerpen en de relaties tussen de onderwerpen.'
De uiterste consequentie heeft Smits bij zijn proefschrift toegepast: de tekst bestaat alleen online en is niet alleen een beschrijving van de door hem uitgedachte techniek, maar tegelijk ook de demonstratie ervan.
‘Ik vraag de lezer van mijn proefschrift bijvoorbeeld eerst naar zijn belangstelling. Ben je als leek geïnteresseerd in het onderwerp of zit je als expert in het vakgebied? In dat laatste geval hoef ik je niet lastig te vallen met allerlei hints of verhinderen dat je gedetailleerde stukken moeilijk kunt bekijken. Elke muisklik bevestigt dat de lezer iets heeft gelezen en belangstelling heeft in een nieuw onderwerp. Zo leert het systeem van de gebruiker, past het zich aan en gaat andere pagina's aanbevelen. In principe zou een lezer er niets van moeten merken. In de ideale omstandigheid zul je als gebruiker alleen die dingen lezen waar je naar op zoek was en die je kunt begrijpen.'
Dit had niet alleen tot gevolg dat de promotiecommissie niet met papier, maar met tablets aan tafel zal, maar ook - en daar gaat het mij om - dat ieder lid van de commissie een eigen versie van het proefschrift heeft gelezen! Het proefschrift bestaat niet.
(Op dit moment is dat letterlijk zo. Het proefschrift zou hier moeten staan, maar ik krijg al twee dagen een "Bad Gateway" na de redirect. Jammer, jammer, jammer...)

Ik heb de indruk dat die adaptieve webserver nogal wat gevolgen kan hebben voor de archivering van documenten.

In de voorbeelden van gisteren liet ik al zien dat er al jaren op papier en digitaal minder stabiele teksten zijn. Maar die zijn in wezen maar "spielerei". De ga-je-naar-links-of-ga-je-vechten-boekjes zijn dat letterlijk en de andere voorbeelden zijn 'maar' literatuur. Hierbij was het doel van in ieder geval Walter van den Broeck juist om te laten zien dat de wereld niet zo eenduidig en stabiel is, als wij vaak denken.
Maar bij archieven komen we op een ander vlak. Archieven documenteren gebeurtenissen en zijn "bewijs" van die gebeurtenissen. Dit betekent niet dat archiefstukken "waar" of "neutraal" zijn, maar wel dat het op basis van de archiefstukken mogelijk is om een gebeurtenis te reconstrueren. Vaak gaat het hierbij om de vraag: Wie wist wat op welk moment?
Het antwoord op die vraag hangt af van metadata, zoals onder andere bleek uit de discussie over metadata in de Tweede Kamer en Oswald and the CIA. Natuurlijk, een paraaf of een stempel op een papieren document betekent niet onomstotelijk dat iemand iets ook echt gelezen heeft, of zoals De Grave het zij: De minister is wel geïnformeerd, maar hij was niet op de hoogte.
En nu komt daar dus nog een element bij. Want de minister kan geïnformeerd zijn, hij kan het stuk zelfs gelezen hebben en toch niet op de hoogte zijn.
De slimme software van Smits ging er misschien wel van uit dat de minister allerlei zaken al wist en hij dus allerlei informatie over kon slaan. (Of, maar dat is gemeen, misschien vond de software dat sommige passages voor de minister te ingewikkeld waren en kreeg hij ze daarom niet gepresenteerd.)
In principe zou een lezer er niets van moeten merken, nee, maar je zou het wel moeten kunnen weten.

Wat kan dit betekenen voor archieven?
Volgen mij past hier het citaat van Bearman van gisteren op:
If we wished to preserve the game as an archive, the record of my actual ‘moves’ and their consequences would need to be preserved in a way that was directly tied to the actual game I played; these would be represented independently of the technology in which I played the game.
Op de een of andere manier zal dus het pad dat door het document gevolgd is, duurzaam vastgelegd en raadpleegbaar moeten zijn.
Zou Smits daaraan gedacht hebben? Ik denk dat ik hem maar eens een e-mail stuur met deze vragen.

Wat kan het nog betekenen voor archieven?
Een heel ander aspect van deze adaptieve systemen waar archieven hun voordeel mee zouden kunnen doen, is ze gebruiken bij het maken van (digitale) archieftoegangen. De TU/e gebruikt het systeem van Smits al als GALE (Generic Adaptive Learning Environment):
Gebruikers van GALE beseffen nog nauwelijks dat ze aan de hand worden genomen op basis van hun eigen gedrag. Want GALE onthoudt alle gegevens van een lezer. Iedere muisklik van de gebruiker en elke pagina die hij bezoekt worden in het geheugen van een webserver opgeslagen. Op basis van dat 'verleden' komt telkens nieuwe informatie beschikbaar. Meestal in de vorm van aanbevelingen via gekleurde verwijzingen. Maar het kan ook voorkomen dat de webserver stukken informatie (nog) niet toegankelijk maakt omdat de gebruiker wordt geacht zich eerst te verdiepen in andere materie.
Misschien kun je als archiefdienst op deze manier de bezoekers van de digitale studiezaal allemaal individueel bij de hand nemen en helpen of sturen waar dit nodig is. Interessant materie om nog eens wat langer over na te denken.
Misschien moeten we Smits gewoon eens uitnodigen voor een korte speel-en-deelsessie...

Gerelateerd
De dag dat de Kamer over metadata debatteerde
Gelezen: John Newman - Oswald and the CIA
Ik lees, ik lees wat jij niet leest (1)

T-shirt: Heren T-shirt SSSST Ik lees

donderdag 12 april 2012

Ik lees, ik lees wat jij niet leest (1)

Nou hebben we de poppen aan het dansen...
Eerder deze week verwees Joost Geraets op BREED naar adaptieve digitale documenten en de promotie van David Smits.

Vroeger was het leven simpel
Alles zag er voor iedereen hetzelfde uit. Even toegespitst op teksten: die begonnen altijd linksboven en liepen dan van links naar rechts, van boven naar beneden. (In sommige taalgebieden was dit andersom, van rechtsboven naar linksonder, maar dat maakt in principe geen verschil.)
En, eenmaal vastgelegd, dan bleef de tekst altijd hetzelfde. Het handschrift van de Beatrijs dat hiernaast staat, ziet er na bijna 640 jaar nog hetzelfde uit, wordt, technisch gezien, nog op dezelfde manier gelezen en de huidige lezer, leest precies dezelfde tekst als de lezer uit 1374.

Digitaal werd langzaam alles anders
Bij digitale bestanden veranderde in het begin niet zo heel veel.
Ja, je kon niet alle bestanden op alle computers gebruiken en de grootte van je scherm bepaalde vaak de pagina-opmaak. Maar de tekst was de tekst en bleef de tekst.
Maar, langzaam ontstond het besef dat er door de digitalisering heel veel veranderde. David Bearman illustreerde (p.29) dit in 2005 aan de hand van een computerspel:
in the mid 1980s I played a computer game, on an Apple IIe computer, that introduced me to the economic and social world of France in the Middle Ages or early Renaissance. I recall, now somewhat vaguely, learning that the money I had accumulated was of no use in obtaining the bride I desired; it would have been far better for me to hold on to economically worthless lands and obtain a silly position in the court. If we wanted to ‘preserve’ this game, as a library, we could obtain the logical design together with the rules and options of play in ASCII text that will be easy to read even fifty years from now. If we wanted to preserve my game as a museum, a video of me playing the game and an Apple IIe computer would probably best document the experience, but the video would need to be migrated to new media and formats to be usable in fifty years. If we wished to preserve the game as an archive, the record of my actual ‘moves’ and their consequences would need to be preserved in a way that was directly tied to the actual game I played; these would be represented independently of the technology in which I played the game. In contrast, if we are interested in preserving the game as functional software, we might adopt a strategy of emulating its operating environment, permitting me to play the game again, but if I did this, it would certainly be with different moves than when I played then.
Interessant is hierbij trouwens dat dit "probleem" zich ook al in de analoge wereld voordoet. Je kunt een doos Monopoly met alle bankbiljetten, kanskaarten, huisjes, hotels en de spelregels bewaren, maar daarmee heb je niet "het spel" bewaard.

362.880x Jef Geys
Maar ook in de stabiele boekvorm kwam je dit al tegen.
Zo heb ik vroeger verschillende boekjes gelezen die als een soort computerspel in elkaar zaten. Ze bestonden uit 500 of meer hoofdstukjes en aan het eind van ieder hoofdstuk moest je kiezen:
Ga je linksaf, ga dan naar hoofdstuk 345, ga je rechtdoor en vechten met het monster, ga dan naar hoofdstuk 192.
Hierdoor was ieder boek natuurlijk voor iedereen anders en de enige manier om vast te leggen "wat er gebeurd is", was door de volgorde waarin je de hoofdstukken gespeeld had, vast te leggen.
Vraagje: Weet iemand of die boekjes nog bestaan en hoe ze heten?

Er waren ook wat meer "high brow-varianten" op dit spel.
Walter van den Broeck, een van mijn favoriete auteurs, heeft in 1970 de roman 362.880 x Jef Geys, een multipel uitgegeven. Hierin wordt een deel van het leven van de Vlaamse kunstenaar Jef Geys beschreven in negen hoofdstukken, vanuit negen verschillende perspectieven. In de allereerste uitgave waren de negen hoofdstukken losse katernen: de lezer kon ze lezen in de volgorde die hij zelf wilde. En deze volgorde bepaalde uiteindelijk welk beeld je van Jef Geys kreeg. (Dat verklaart de titel ook meteen, negen hoofdstukken kun je in 9! = 362.880 verschillende volgordes lezen.) Helaas is de uitgave die ik heb, een gewoon gebonden boek, maar de grap is wel dat de volgorde in iedere herdruk weer anders was.

Hypertext novel
In de jaren negentig waren er ook wel auteurs die experimenteerden met hypertext fictie. De eerste op deze manier vormgegeven en gepubliceerde roman is waarschijnlijk Afternoon, a story van Michael Joyce uit 1990. Je kunt dit boek nog altijd op cd bestellen voor $24,95, maar let op:
This title runs on Macintosh Mac OS X 10.3-10.6 (Panther through Snow Leopard) and on 32-bit Windows XP through Windows 7. It is not yet compatible with Mac OS X 10.7 (Lion) and 64-bit Windows 7. New editions for these systems, and for iPad, are in preparation. 
De eerste roman die op deze manier op het www werd gepubliceerd, zou Sunshine69 van Bobby Rabyd zijn. De site bestaat nog en is heerlijk jaren negentig. Hieronder zie je de pagina Hell's Angels Oaklandcolors.
Draadjesboek
Een ander bijzonder boek is Traumgedanken van Maria Fischer, waarin de hypertext in fysieke vorm wordt weergegeven door middel van gekleurde draadjes.
To ease the access to the elusive topic, the book is designed as a model of a dream about dreaming. Analogue to a dream, where pieces of reality are assembled to build a story, it brings different text excerpts together. They are connected by threads which tie in with certain key words. The threads visualise the confusion and fragileness of dreams.
En dat ziet er dan zo uit:



Morgen meer over het onderzoek van Smits en de mogelijke gevolgen hiervan voor archivarissen...

zaterdag 7 april 2012

Ordening en vernietiging bij de politie (bijgewerkt)

Het archiefbeheer bij de politie in Alphen blijft de gemoederen bezig houden en weer blijkt dat mensen selectie en vernietiging en dossiervorming niet snappen. De NOS schreef gisteravond:
Diverse bronnen bevestigen echter dat op de afdeling bijzondere wetten van politie Hollands-Midden van elke wapenvergunninghouder ook fysieke dossiermappen waren. Die werden bij elke aanvraag aangemaakt. Dat er een dossier van Van der Vlis heeft bestaan, staat zwart op wit in het onderzoeksrapport van de Onderzoeksraad voor Veiligheid. In dat papieren dossier zat onder meer de correspondentie van de aanvraag en weigering van de wapenvergunning uit 2005.
Volgens NOS-bronnen binnen de politie zat er meer informatie in het dossier. Informatie over de psychische gesteldheid van Van der Vlis, die de politiemedewerker die de vergunningaanvraag behandelde, had bemachtigd. Betrokkenen vragen zich af waar de map gebleven is.
Degene die de aanvraag van de wapenvergunning van Van der Vlis in 2008 behandelde, heeft volgens NOS-bronnen ook een nieuwe map aangemaakt. Bij het archiveren van die map moet hij dus het oude dossier uit 2005 zijn tegengekomen. Daarbij moet hij hebben gezien dat al bekend was dat Van der Vlis psychische problemen had.
Allereerst dat dossier uit 2005.
Op basis van categorie 1.3 uit de op 3 april 2006 in de Staatscourant verschenen Selectielijst archiefbescheiden regionale politieorganisaties vanaf 1 april 1994 voor neerslag handelingen Korps Landelijke Politiediensten mogen, nee moeten geweigerde vergunningen na drie jaar vernietigd worden:

Weigering, intrekking en vervallenverklaring van vergunningenWeigeringen, ingetrokken en vervallen verklaarde vergunningen3 jaar

Dat dit dossier er nu niet meer is, is dus heel goed verklaarbaar. De enige archiefwettelijke vraag die nu nog gesteld kan worden is: is er een proces-verbaal van vernietiging waaruit blijkt dat dit dossier daadwerkelijk vernietigd is. De enige reden waarom politie en justitie überhaupt weten dat er een dossier is geweest, is trouwens omdat de afwijzing door de rijksrecherche bij Van der Vlis in huis gevonden is.

Of de politie bij het archiveren van de aanvraag (en verleende) vergunning uit 2008 het oude dossier uit 2005 had moeten tegenkomen, lijkt me ook niet evident. Natuurlijk ligt het voor de hand dat degene die de vergunning verleent, terug kijkt naar eerder aangevraagde vergunningen, maar dat de afgewezen vergunning  uit 2005 en de verleende vergunning uit 2008 bij elkaar bewaard zouden worden is niet voor de hand liggend. Het ene dossiers mocht een paar maanden later vernietigd worden, terwijl het andere nog een tijdje (tot één jaar na het verlopen van de vergunning) bewaard moest blijven.

Kortom (en van een afstandje bekeken) lijkt mij dat er wat dit dossier betreft archiefwettelijk gezien weinig op de handelwijze van de politie aan te merken. Inhoudelijk, voor wat betreft de wijze van vergunningverlening, misschien wel, maar daar weet ik niets van.

Aanvulling, 7 april 2012, 16:59
Ondertussen heb ik contact gehad met de journalist van de NOS en blijkt het iets complexer in elkaar te zitten. De Minister heeft begin dit jaar namelijk aangegeven dat de Wet Politiegegevens van toepassing is op  gegevensverwerkingen met betrekking tot wapenverloven en jachtaktes, waar het hier om gaat:
Het gaat om het uitvoeren van een «taak ten dienste van justitie». Het verwerken van gegevens ter uitvoering van de vergunningverlening en de handhaving van de Wet Wapens en Munitie vindt plaats op grond van artikel 13, eerste lid, van de Wet Politiegegevens. Inzake het beheer van deze gegevens bepaalt deze wet dat relevante gegevens moeten worden bewaard gedurende een termijn die door de korpschef wordt vastgesteld.
Nu gaan deze antwoorden over het beruchte PDF-bestand en mij is nog niet helemaal duidelijk of dit ook geldt voor "gegevens" die dateren van voor de invoering van de Wet Politiegegevens in 2007.
Volgens de bronnen van de NOS had de korpschef de bewaartermijn voor deze gegevens op 8 jaar gezet.

Wordt nog vervolgd...

Gerelateerd

Plaatje: Archives' stacks van Dolescum

vrijdag 6 april 2012

Google Vault is geen Google records management

Techcrunch schreef vorige week:
Today, Google is debuting a new archiving, records management and e-discovery solution for Google Apps for businesses called Vault.
Het eerste wat ik dacht was: "Daar gaan we dan..." en ik moest denken aan de lezing van Steve Bailey van ongeveer anderhalf jaar geleden: In whose hands does the future of digital archiving lie?
Gisteren en vandaag heb ik een beetje rond gekeken op de Vault-pagina's van Google, maar ik geloof dat TechCrunch niet precies weet wat records management inhoudt. Google Vault heeft wel elementen die ook bij records management (en archivering) horen, maar cruciale elementen ontbreken.
Blijkbaar kun je in Vault bewaartermijnen gebaseerd op inhoud, labels en metadata toekennen aan e-mailberichten en "on-the-record chatsessions". Maar dit lijkt erg rudimentair, want beperkt tot een zoekterm, datum, afzender en ontvanger.
Vault lijkt vooral bedoeld om er voor te zorgen dat kleine ondernemingen beter aan de de steeds vaker voorkomende e-discovery kunnen voldoen. Zo is de "legal hold" ook ingebouwd, waardoor je alle e-mail van of naar een of meer users opzij zetten en van vernietiging uitzonderen.
Je kunt in Vault de berichten organiseren in Dingen (Google noemt dit Matters, hoewel je dat met allerlei woorden kunt vertalen - zaken, aangelegenheden, affaires - kies ik nu even voor Dingen).
In Google Apps Vault, a matter is a container for all of the data related to a specific topic, such as a litigation case or investigation. A matter includes:
  • Any saved search queries
  • A list of accounts with data on litigation hold
  • A list of the accounts that can access the matter
  • Any export sets for the matter
  • An audit trail for the matter
En je kunt die Dingen exporteren uit de Apps-omgeving in het MBOX-formaat.
Zoeken en vinden lijken - uiteraard - vooral gebaseerd op full-text search en over de beperkingen daarvan schreef ik afgelopen dinsdag al.
Maar als je dit legt naast de eisen uit bijvoorbeeld MoReq2010, NEN 2082 of de ICA Requirements (nu nog in concept, definitieve versie wordt deze zomer gepresenteerd), dan ontbreken er nog heel wat functionaliteiten. Daarmee is Vault dus nog geen bedreiging voor de "dedicated" EDRMS-producenten.

Maar...
Op het moment dat Google Vault uitgebreid wordt over de hele Google Apps-for-businesssuite (dus inclusief Calendar, Docs, Sites etc) en er wat intelligentere ordeningsmogelijkheden aan toegevoegd worden, komen ze een heel eind. Vooral omdat dan heel veel types documentaire neerslag in één omgeving "gevangen" kunnen worden en er geen sprake meer is van aparte 'archiefsilo's.'

Gerelateerd
Waarom full-text-search niet zaligmakend is
De toekomst van het archief ligt bij Google?

Met dank aan Chris Bellekom voor de attendering:

donderdag 5 april 2012

Gelezen: Zoe Trope - Uit de school geklapt

Nou moe, ben je anderhalve week in een boek bezig, heb je 208 pagina's gelezen, blijkt dat je een "misbinding" aan het lezen bent. Na pagina 208 komen niet pagina 209 tot en met 237, maar nog een keer pagina 161 tot en met 192. Het volledige zesde katern zit er twee keer in en het laatste stuk ontbreekt dus helemaal!
En het wonderlijkste is misschien nog wel dat het boek een afgeschreven exemplaar uit de bibliotheek hier uit het dorp is. Dus of echt helemaal niemand heeft het boek in de afgelopen zeven jaar geleend en gelezen, of er zijn wel mensen geweest die het geleend hebben en toen dachten dat dat rare einde er bij hoorde en er dus niets over gezegd. Of, maar dat kan ik me niet voorstellen, de bibliotheekmedewerkers hebben eventuele opmerkingen helemaal genegeerd en het boek gewoon in de kast laten staan.
Wat het boek betreft: het is een vreemd geval. Het is een soort dagboek van een 14-jarig biseksueel meisje dat een boek schrijft dat Uit de school geklapt heet en zich Zoe Trope noemt. Het schijnt echt geschreven te zijn door een Amerikaans tienermeisje, maar ik twijfel daar nog altijd een beetje over. Daar lijkt het toch te doordacht en goed geschreven voor. Want het is echt wel knap geschreven. Er zit niet veel verhaal in - want het is een dagboek - maar het geeft wel de sfeer en gedachtewereld van een Amerikaanse tiener weer. (En daarom had ik het uit de bak in de bieb gehaald. Na Wij zijn, maar wij zijn niet geschift - waarover later meer - wilde ik iets meer over Amerikaanse highschools lezen.)

dinsdag 3 april 2012

Waarom full-text-search niet zaligmakend is

Ik had het al een tijdje niet meer gehoord of gelezen, maar deze week was het weer raak: "Waarom hebben we metadata en ordening nodig, als we slimme zoekmachines hebben?"
Nou hierom... Uit een onderzoek van Blair & Maron bleek enkele jaren geleden dat advocaten met behulp van een zoekmachine uit een collectie van 40.000 documenten, slechts 20% van de relevante documenten vonden. Voor het gemak citeer ik dat onderzoek hier tweedehands (pdf, p.24). Het gaat om een onderzoek naar een ongeluk op een metrostation.
In the legal case in question, one concern of the lawyers was an accident that had occurred and was an object of litigation. The lawyers wanted all the reports, correspondence, memoranda, and minutes of meetings that discussed this accident. Formal queries were constructed that contained the word ‘accident’ along with the names of the [city] where it occurred. In the search for unretrieved relevant documents, the experimenters later found that the accident was not always referred to as an ‘accident,’ but as an ‘event,’ ‘incident,’ ‘situation,’ ‘problem,’ or ‘difficulty,’ often without mentioning the relevant proper name – the name of the city in which it occurred. The manner in which an individual referred to the accident was frequently dependent on his or her point of view. Those who discussed the event in a critical or accusatory way referred to it quite directly – as an ‘accident.’ Those who were personally involved in the event, and perhaps culpable, tended to refer to it euphemistically as, inter alia, an ‘unfortunate situation,’ or a ‘difficulty.’ Sometimes the accident was referred to obliquely as ‘the subject of your last letter,’ ‘what happened last week was...,’ or, as in the opening lines of the minutes of a meeting discussing the issue, ‘Mr. A: We all know why we’re here....’ [the words ‘accident’ and the name of the city were not used at any time in the meeting either]. Sometimes relevant documents dealt with the problem by mentioning only the technical aspects of why the accident occurred, but neither the accident itself no[r] the people or place involved. Finally, much relevant information discussed [contributing factors in] the situation prior to the accident and, naturally, contained no reference to the accident itself.
En dan blijven typefouten of slechte OCR nog buiten beschouwing!

Gerelateerd
Hoeveel is veel


Plaatje: The Droids we're googling for van Stéfan

maandag 2 april 2012

Wat kost de WOB?

Bijna een jaar geleden schokte toenmalig minister Donner heel "weldenkend Nederland" door te stellen dat de WOB te duur was en ambtenaren te veel tijd kostte. Ik geloof niet dat de uitspraken van Donner werden onderbouwd met cijfers. De VNG heeft in 2010 echter een "ledenpeiling" (pdf) gehouden, naar de WOB-praktijk bij de Nederlandse gemeenten. In de peiling werden zeven vragen gesteld:
  1. Hoeveel Wob-verzoeken krijgt uw gemeente per jaar binnen? 
  2. Ervaart u een toename van het aantal Wob-verzoeken? 
  3. Hoeveel tijd besteedt een ambtenaar in uw gemeente per maand (bij benadering) aan het afhandelen van Wob-verzoeken? 
  4. Hoeveel geld kost de afhandeling van een Wob-verzoek (bij benadering), bijvoorbeeld voor kopieerkosten en arbeidsloon? 
  5. Wie zou volgens u de kosten van het Wob-verzoek dienen te betalen? 
  6. Hoe beoordeelt u de acties (dienstverlening, belangenbehartiging) van de VNG op het terrein van de Wob? 
  7. Bent u van mening dat de Wob moet worden gewijzigd? Kies één antwoord.
De vragen waren gestuurd naar 305 panelleden en door 165 mensen (vooral ambtenaren, maar ook wat bestuurders)  uit 100 gemeenten beantwoord. Hoewel de representativiteit waarschijnlijk te wensen overlaat, wil ik toch een paar uitkomsten citeren:
Bijna de helft van de respondenten (49,7%) geeft aan dat er 1 tot 10 Wob-verzoeken per jaar worden ontvangen. Meer dan 50 verzoeken per jaar wordt door slechts 1,2% van de respondenten genoemd. Betrekkelijk veel respondenten (37,4%) geven aan niet te weten hoeveel verzoeken er jaarlijks binnen komen.
En wat kosten die verzoeken dan?
De hoeveel heeft tijd die ambtenaren kwijt zijn aan de afhandeling van een Wob-verzoek lijkt mee te vallen. 41,6% van de respondenten geeft aan dat het tijdsbeslag minder dan een dag is, 29,7% noemt een dag. Een week wordt door 10,9% van de respondenten aangegeven. Secretarissen zijn het stelligst. Geen van hen geeft aan niet te weten hoeveel tijd een ambtenaar kwijt is. Het gaat vooral om minder dan een dag (57,1%) en een dag (28,6%).
[...]
Een betrekkelijk hoog percentage respondenten (33,7%) geeft aan niet te weten wat de afhandeling van een Wob-verzoek kost. 100 tot 500 euro is het meest genoemde bedrag (30,7%), gevolgd door 50 tot 100 euro (13,9%), 500 tot 1000 euro (8,9%), 25 tot 50 euro (6,9%) en 0 tot 25 euro (5,9%).
Opvallend is dat de VNG-leden zelf stelden dat het wel meevalt met die tijdsbesteding en de kosten, terwijl de VNG op dit moment ook steen en been klaagt over "oneigenlijke verzoeken" die zo veel tijd en geld kosten. Maar goed, dit is een niet heel erg betrouwbare peiling onder VNG-leden die naast de WOB ook nog vragen moesten beantwoorden over de wenselijkheid van gratis dancefeesten.

Deze maand verscheen in Groot-Brittannië een wetenschappelijk onderzoek uitgevoerd in opdracht van het ministerie van Justitie: Investigative study to inform the FOIA (2000) post-legislative review Costing Exercise (pdf). De conclusies van deze onderzoekers zijn (vreemd genoeg) enigszins vergelijkbaar met de resultaten uit de VNG-peiling:
Overall, each FOI request submitted to a central government department cost an average of £184 in staff time to resolve. Requests took an average of 6 hours and 10 minutes to complete, with the average cost of staff time calculated at £30 per hour. This is higher than the £25 per hour cost stated in the current regulations.[...]
A number of public authorities in the wider public sector were also included in this study (these are termed “non-central public authorities” in this report). Each FOI request submitted to these organisations cost an average of £164 in staff time to resolve. Requests took an average of 5 hours and 21 minutes to complete, with the average cost calculated at £31 per hour.
Interessant is dat in het Britse onderzoek ook geprobeerd is om de verschillende werkzaamheden uit te splitsen en te kwantificeren.
Klikken voor leesbare versie
Wat blijkt? De meeste tijd gaat op aan het zoeken naar informatie. Hoe verrassend.

Weet iemand toevallig of een dergelijk gedetailleerd onderzoek recentelijk ook in Nederland is uitgevoerd?

Gerelateerd
Donner, WOB en archieven
Laten we het nog eens over de WOB hebben

Plaatje: WOB WOB! van FOTOKIOSK Hamburg

zondag 1 april 2012

De letters van Utrecht: een oneindig gedicht in de stad

De Letters van Utrecht onthullen een gedicht met de snelheid van één Letter (letter of leesteken met oplopend nummer) op een steen, één steen per week. Deze letters worden uitgehouwen in straatstenen uit het historische centrum van Utrecht. Iedere zaterdag maakt een steenhouwer uit de volgende steen een Letter. Zo groeit langzaam, als een klok, het gedicht onder de voeten van de bewoners van Utrecht. In maanden ontstaan worden, met de jaren zinnen.
Het vergt ongeveer drie jaar om een gemiddelde zin te publiceren, en elk jaar gaat het gedicht ruim 5 meter vooruit. Langs de ‘toekomstige’ route komen jaarmarkeringen die de aankomst van het gedicht, decennia en eeuwen later, aankondigen. De tijd kruipt voort als een slak door de straat, ze leeft, ze groeit, ze stopt nooit – zolang de burgers het maken van de Letters willen betalen zullen Dichters het Gedicht voortzetten.
En dat ik hier via een Amerikaanse website tegen aan loop is toch wonderlijk...