Uit een lezing van Paul Robben tijdens het congres Mythes in beleid en toezicht (dat ik helaas gemist heb):
Mythe: Systeemtoezicht is effectief en efficiënt en leidt tot kostenbesparing met minder toezichtslasten voor de ondertoezichtgestelden
Systeem toezicht is het externe toezicht door de overheid dat gebruik maakt van interne borgingssystemen binnen organisaties of sectoren.
Uit onderzoek weten we dat systeemtoezicht alleen mogelijk is onder specifieke condities en goedkoper is het waarschijnlijk niet.
(...)
Meerwaarde van systeemtoezicht is waarschijnlijk dat het leervermogen van instellingen wordt bevorderd door het opbouwen van een interne kwaliteitssysteem. Onderzoek maakt duidelijk dat de mythe van systeemtoezicht als oplossing voor gebrek aan effectiviteit en efficiëntie een broodje-aap-verhaal is maar wel een bruikbaar concept is voor het toezicht op een aantal maatschappelijke domeinen.
Mythe: Het toezicht is onafhankelijk
Veel inspecteurs en inspecties geven aan de onafhankelijkheid van het toezicht een absolute betekenis en gooien onafhankelijkheid op één hoop met autonomie. Goed toezicht zou volstrekt autonoom ten opzicht van het beleid en het veld. Een bestuurskundige analyse van de positionering van het toezicht laat een heel ander beeld zien.
Een inspectie maakt onderdeel uit van een complex netwerk van de overheid waaronder: ministers, Tweede Kamer, De Europese Unie, en andere toezichthouders. Ook ondertoezichtgestelden, veldpartijen media burgers en lobby-organisaties maken deel uit van dit netwerk. Niks autonomie, sterker nog, de rol van het toezicht kan alleen maar effectief gespeeld worden als deelnemer aan dit netwerk. Wel zou de inspectie onafhankelijk moeten zijn in zijn oordeelsvorming en keuze van maatregelen in individuele gevallen, daar moeten de minister en anderen zich niet mee bemoeien.
Lees hier de hele lezing (pdf)
Gerelateerd
Over inspectie, toezicht en zelfrijzend bakmeel
Wek vrees op, tutoyeer niet
Hoe moet een inspecteur opereren?
Geen opmerkingen:
Een reactie posten