maandag 28 december 2009

Delete. The virtue of forgetting in the Digital Age - Viktor Mayer -Schönberger

Viktor Mayer-Schönberger (MS) maakt zich in Delete. The virtue of forgetting in the Digital Age zorgen over 't feit dat het tegenwoordig makkelijker (en goedkoper) is om digitale informatie te onthouden, dan om deze te vergeten. Hij illustreert dit onder andere aan de hand van digitale foto's. De meeste mensen kopiëren gewoon alle foto's die ze genomen hebben naar de harde schijf van de pc, omdat de tijd die het kost om te selecteren 'te duur' is in vergelijking met de extra ruimte die de foto's innemen. En het gaat natuurlijk om meer dan wat particulieren op hun eigen pc bewaren: overheden bewaren steeds meer gegevens digitaal (hij verwijst expliciet naar het elektronisch patiëntendossier), Google bewaart niet alleen alle zoekopdrachten, maar ook de e-mails van miljoenen mensen en Amazon bewaart niet alleen welke boeken je gekocht hebt, maar ook waar je alleen naar gekeken hebt. Door dit alles wordt 'onthouden' de standaard en vergeten de uitzondering, terwijl dit de afgelopen millennia juist andersom was: mensen moesten vroeger moeite doen om dingen te onthouden.
De belangrijkste reden waarom MS zich hier zo druk om maakt, is dat 'vergeten' nodig is om te kunnen functioneren en leren. Hiervoor verwijst hij onder meer naar AJ, die lijdt aan hyperthymesia. Dit betekent kortweg dat ze alles onthoudt: de inhoud van individuele afleveringen van soapseries, het avondeten van iedere dag van haar leven en iedere beslissing (klein en groot) die ze ooit genomen heeft. Een van de gevolgen daarvan is dat AJ nauwelijks normaal kan functioneren: ze kan amper abstract denken en bij iedere beslissing worden alle vorige beslissingen betrokken, wat vaak tot besluiteloosheid leidt. MS betoogt dat dit voor de hele menselijke beschaving zou gaan gelden, omdat er steeds meer digitaal bewaard wordt en we ook steeds meer gebruik gaan maken van dit volledige, externe geheugen. (Uiteraard doet hij dit iets genuanceerder en uitgebreider dan ik hier samenvat.)
Als oplossing voor dit probleem wordt in Delete voorgesteld dat aan alle digitale informatie bij opslag een uiterste houdbaarheidsdatum toegekend moet worden. Na die datum zou de informatie (bij voorkeur automatisch) vernietigd moeten worden. Een beetje zoals we tegenwoordig ook over archiefstukken nadenken: bij de creatie van een archiefstuk zou al vastgesteld moeten worden wanneer het vernietigd moet worden.
Hoewel MS zijn best doet om uit te leggen waarom we niet meer 'vergeten', waarom vergeten wel belangrijk is en welke strategieën mogelijk zouden zijn om dit weer te realiseren, valt het boek toch tegen. Dat heeft twee redenen.
De eerste is dat MS zijn boek heeft opgehangen aan drie praktijkgevallen, twee waargebeurd en één fictief, die niets te maken hebben met zijn voorgestelde oplossing. Het boek begint met het relaas van Stacy Snyder die geen onderwijsbevoegdheid krijgt, omdat ze op haar MySpace-pagina een foto van zichzelf heeft gezet met als onderschrift Drunken Pirate. De school vond dit geen goed voorbeeld voor de kinderen die eventueel les van haar zouden krijgen en besloot haar daarom geen diploma te geven.
De andere waar gebeurde casus gaat over Andrew Feldmar, een Canadese psycho-therapeut, die de VS niet meer in mag. Toen hij in 2006 aan de Canadees-Amerikaanse grens werd aangehouden, googlede een overijverige douane-beambte zijn naam. Blijkbaar zat dit artikel uit 2001 over het gebruik van LSD door Feldmar toen bij een van de eerste zoekresultaten. Hierop werd Feldmar als druggebruiker geregistreerd en mocht hij de VS niet meer in. (Ironisch genoeg staat het bewuste artikel nu trouwens niet op de eerste tien pagina's met zoekresultaten)
Uiteraard is het 'van de zotte' dat Snyder geen onderwijsbevoegdheid krijgt en dat Feldmar de VS niet meer in mag (al praat MS hier nog al luchthartiger over heen), maar een uiterste houdbaarheidsdatum zou dit toch niet hebben voorkomen?
Het is namelijk zeer de vraag hoelang de Piraten-foto op MySpace gestaan heeft, voordat de schoolleiding deze zag. Een houdbaarheidsdatum van één dag kan al genoeg zijn...
En Feldmar publiceerde zijn artikel vrijwillig in een wetenschappelijk tijdschrift (dat later integraal online verscheen). Het idee daar achter is juist dat zo veel mogelijk mensen het nu en in de toekomst kunnen lezen.
Hoe schokkend en triest deze voorbeelden dus ook zijn, ze worden niet 'opgelost' door houdbaarheidsdata.
Het derde voorbeeld is een fictief geval, waarbij ene Jane na een paar jaar een oude vriend weer eens tegen komt. Na enig heen en weer e-mailen besluiten ze samen wat te gaan eten en Jane wil voorstellen om af te spreken in het restaurant waar ze jaren geleden al eens gegeten hebben. Ze bladert door haar oude e-mails in haar mailbox om de naam van de restaurant te achterhalen en leest zo ook weer dat ze een paar jaar geleden slaande ruzie met elkaar gehad hebben. Dat was ze helemaal vergeten, maar nu ze het weer heeft gelezen, twijfelt ze over haar afspraak.
Dit had misschien voorkomen kunnen worden door een houdbaarheidsdatum aan die e-mails te koppelen, maar ook dan is het de vraag of die kort genoeg zou zijn geweest. Daarnaast is dit natuurlijk helemaal geen digitaal probleem, want als Jane analoog met die vriend had gecorrespondeerd, had ze de brieven misschien ook wel bewaard en doorzocht en was precies hetzelfde gebeurd.

De tweede reden waarom het boek tegenviel is dat de oplossing ook wel erg idealistisch en 'far fetched' is, ook al ontkent MS dat zelf.
Een voorbeeld over digitale foto's:
"Suppose somebody takes a picture of you. If seen as an information transaction, the expiration date for such a picture ought to be set jointly between the picture taker and yourself. Rather than haggling over it in person, the negotiations over expiration dates could be done electronically. Each digital camera could have a built-in process to select expiration dates (perhaps through an easy preset). Before taking a picture, the camera sends out a "picture request." Imagine further that we carry with us small "permission devices" (the size of key rings) that when receiving such a "picture request" respond with the owners preferred expiration date. (...) When the picture is taken it is stored with the shortest of all expiration dates received." Delete, p.188
Yeah right! En dit soort onderhandelingen moet je dus iedere keer (al dan niet persoonlijk) voeren met iedereen waarmee je informatie deelt.
En neem nu het geval Feldmar. Hij zal nog een hele tijd te boek blijven staan als die LSD-gebruiker (die de VS niet in mag). Niet omdat hij bijna negen jaar geleden hierover een artikel in een obscuur tijdschrift schreef, maar omdat sinds 2006 duizenden, van grote kranten tot kleine bloggers, over hem geschreven hebben. Moeten die allemaal met Feldmar in onderhandeling over de houdbaarheidsdatum? Of wordt er door iemand (wie dan) gewoon een maximum termijn gesteld? Als die termijn erg kort is, wordt het censuur en als die termijn lang is, heeft het weinig zin.

Mayer-Schönberger zegt veel behartigenswaardige en interessante dingen over bewaren, vergeten, context en onthouden en misschien is "total recall" op termijn ook wel een probleem, maar ik betwijfel of zijn oplossing de goede is.

Overigens: MS maakt zich weinig zorgen over duurzame toegankelijkheid en de veroudering van bestandsformaten. Blijkbaar gaat hij er van uit dat we alles wat we nu opslaan, de komende jaren probleemloos weer kunnen openen en lezen.

2 opmerkingen:

  1. De heer Schönberger maakt m.i. een cruciale denkfout: er is een wereld van verschil tussen bewaren en onthouden. Niet alles dat ik (in digitale vorm) bewaar, onthoud ik ook. Sterker, hoe meer ik bewaar, des te meer ik vergeet ;-).
    Een ander probleem is die van de privacy en dat is natuurlijk wel een dilemma van jewelste, maar daar, en dat ben ik met hartgrondig met Ingmar eens, biedt de heer de Schönberger, geen oplossing....

    BeantwoordenVerwijderen
  2. @remco0808 Dank voor je reactie. Mayer-Schönberger betoogt juist dat door dat digitaal opslaan, onthouden niet meer nodig en vergeten niet meer mogelijk is, omdat alles 'eenvoudig' terug te vinden is. Voorwaarde is dan wel dat je moet onthouden hoe en waar je zoeken moet (en ook daar gaat MS aan voorbij trouwens).

    Overigens zegt MS ook behartigenswaardige dingen over het gebrek aan 'context' gegevens bij Googlen. Voor ons archivarissen zijn dit open deuren, maar voor velen is Googlen het ultieme.

    Wat het privacy-tekort betreft: daar is MS zich wel van bewust. Hij zegt expliciet dat zijn voorstel daar geen oplossingen voor biedt.

    BeantwoordenVerwijderen