vrijdag 11 mei 2012

Persoonlijke levenssfeer van overledenen

Gisteren schreef ik hier over de commotie die ontstaan is rond de mogelijke samenwerking van enkele archiefdiensten met de Kerk van Jezus Christus van de Heiligen der Laatste Dagen. Vanmorgen verbaasde ik me op twitter opnieuw over een opmerking van Jantje Steenhuis in Trouw daarover:
Maar zo net attendeerde Richard van den Belt me op een uitspraak van de voorzieningenrechter uit 2007.
De zaak gaat om een zelfmoord in een psychiatrische instelling en rapporten van de IGZ daarover. Waar het mij nu om gaat is de volgende passage:
2.4.4. De voorzieningenrechter acht het standpunt van verweerder dat de persoonlijke levenssfeer van een overledene niet meer kan worden geschaad en om die reden geen bij een Wob-verzoek af te wegen belang is, onjuist.

Niet valt in te zien dat datgene dat iemand bij leven tot zijn persoonlijke levenssfeer rekende en niet over zichzelf buiten die persoonlijke levenssfeer kenbaar wilde hebben, na overlijden niet langer tot diens persoonlijke levenssfeer zou blijven behoren en niet langer zou behoeven te worden gerespecteerd. Dit geldt des te sterker voor medische gegevens, die bij uitstek een privacygevoelig karakter hebben. De omstandigheid dat de Wbp niet ziet op bescherming van persoonsgegevens na overlijden en daardoor het begrip "persoonlijke levenssfeer" zich in die wet beperkt tot levende personen, maakt niet dat het begrip "persoonlijke levenssfeer" in de Wob op diezelfde wijze moet worden uitgelegd. Ook het betoog van verweerder dat uit de betekenis van het woord "levenssfeer" in het dagelijks taalgebruik voortvloeit dat die sfeer een in leven zijnde persoon betreft, acht de voorzieningenrechter niet overtuigend.
Ik heb de relevante zin even onderstreept.
Als "persoonlijke levenssfeer" in de WOB niet hetzelfde betekent als in de WBP, dan hoeft dit voor artikel 15 van de Archiefwet ook niet te gelden. Ketelaar wijst daar in het Handboek Archiefrecht (daar is hij weer!) ook op, maar beperkt de reikwijdte volgens mij toch tot levende personen:
Het terrein van de in artikel 15, eerste lid, onder a (en in artikel 10, eerste lid, van de Grondwet) genoemde eerbiediging van de persoonlijke levenssfeer is echter ruimer dan het door de Wbp bestreken terrein, hetgeen duidelijk wordt als we het recht op privacy omschrijven in de klassieke definitie ‘The right to be let alone’. Het blijft dan ook zinvol dat, naast de Wbp, de Archiefwet 1995 het mogelijk maakt de openbaarheid van archiefbescheiden te beperken met het oog op de eerbiediging van de persoonlijke levenssfeer.
Er zijn dan ook ter eerbiediging van de privacy openbaarheidsbeperkingen te formuleren die verder gaan dan bescherming van persoonsgegevens volgens de Wbp. Zo kan ik mij voorstellen dat archiefwettelijke beperking van de openbaarheid van bepaalde persoonsgegevens die overledenen betreffen (de Wbp betreft alleen persoonsgegevens betreffende levende personen), nodig is met het oog op de privacy van een nog levende persoon. Soms zal een dergelijke beperking kunnen vallen onder het (in het eerste lid, onder c, genoemde) voorkomen van onevenredige benadeling van (in de stukken zelf niet eens voorkomende!) levende personen.
Hoewel ik geen voorstander ben van een "informatiewet", zou het wel fijn zijn als wetten die duidelijk met elkaar samenhangen, toch wat meer op elkaar afgestemd worden. Als de "persoonlijke levenssfeer" van artikel 15 uit de Archiefwet ook uitgebreid kan worden tot doden, wat Jantje Steenhuis nu doet, dan kan dat nog ingrijpende gevolgen hebben. Want die beperking van de openbaarheid kan dan natuurlijk niet beperkt blijven tot de leden van een (obscuur) kerkgenootschap...

Aanvulling 11 mei, 14:44
Ondertussen heeft Tweede Kamerlid Hazekamp van de Partij voor de Dieren wat vragen gesteld aan de Minister van Binnenlandse Zaken. Waarom zijn die vragen niet aan de bewindspersoon die over archieven gaat, dus de staatssecretaris van OCW, gesteld?

Aanvulling 18 mei, 13:10
Ondertussen heeft de staatssecretaris van OCW de vragen van Hazekamp beantwoord.

Aanvulling 19 mei, 13:38
En het gaat maar door. Gisteren bleek in Trouw dat het CDA een "spoeddebat" met de staatssecretaris gaat aanvragen.

Gerelateerd
Postuum dopen en de archieven
Recht om te worden vergeten
Donner, WOB en archieven

Plaatje: Privacy Week Buttons van Pesky Library

13 opmerkingen:

  1. De argumentatie van de voorzieningenrechter ( "Niet valt in te zien dat datgene dat iemand bij leven tot zijn persoonlijke levenssfeer rekende en niet over zichzelf buiten die persoonlijke levenssfeer kenbaar wilde hebben, na overlijden niet langer tot diens persoonlijke levenssfeer zou blijven behoren en niet langer zou behoeven te worden gerespecteerd.") gaat er kennelijk van uit dat de inmiddels overledene over het naar buiten brengen van bepaalde "levenssfeerelementen" een mening heeft gehad (... "niet kenbaar wilde hebben ...") en die ook heeft vastgelegd. Van het gros van onze voorouders, naar wie wij in de archieven op zoek zijn, zal een dergelijke wilsbeschikking er niet blijken te zijn. Het is niet onwaarschijnlijk dat deze uitspraak daarom uitsluitend van toepassing is op het onderhavige geval.

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Ik vind de formulering van de rechter toch erg "generiek" hoor. Als het ging om een verklaring van de overledene, dan had het er toch anders gestaan. 

    BeantwoordenVerwijderen
  3. Zoals altijd weer een informatieve blog. Toch is het opmerkelijk dat bij de Mormonen discussie van afgelopen dagen vooral mensen uit de archiefwereld (archivarissen, directeuren, inspecteurs etc) alles aan wettelijke regels gaan ophangen. Zie ook Archief20, Twitter reacties  en deze blogs. Bijvoorbeeld de woorden openbaarheid, privacy, Archiefwet en WPD heb ik vele keren voorbij zien komen. Interessant en nuttig, maar daar gaat de discussie grotendeels niet om. [Grotendeels, omdat in het verre verleden wel de wet is overtreden]. Dat het daar niet om gaat kun je ook opmaken uit het feit dat bijvoorbeeld het Gelders Archief in deze een heel ander beleid aan het voeren is, dan het Utrechts Archief. Geloof nooit dat dat het geval was geweest als de wet zou zijn overtreden in de huidige samenwerkingsovereenkomsten me de Mormonen. 
    Waar gaat het dan wel om? Het gaat om extra faciliteren en samenwerkingsverbanden aangaan met een kerkgemeenschap, in dit geval de Mormonen, of politieke groeperingen ed. Dat moet je als overheid niet willen en niet doen. Ook niet uit economisch motieven. Als een Neo-Nazi groep was gekomen bij het Gelders Archief hadden ze die samenwerking m.i. nooit aangegaan. Verder zijn (nu) al die verfilmde archieven openbaar, ook voor de Mormonen, een leden van een legale pedofielenvereniging en kattenliefhebbers van Poezenclub Aaiaai. En natuurlijk moeten journalisten, zoals die van Trouw en EenVandaag, daar veel aandacht aan  schenken.  Ruim 30 jaar geleden,  toen ik nog als archivaris werkte, heb ik wat pogingen ondernomen om die discussie op te starten. De tijd was er blijkbaar toen niet rijp voor.
    Wat de drijfveren van de Mormonen zijn om miljarden te investeren in het digitaliseren van archieven weten alleen de 12 apostelen van die kerk.

    BeantwoordenVerwijderen
  4. @Eric: Ben het met je eens dat het Gelders Archief waarschijnlijk met die Neo-Nazi-groep nooit zo'n zelfde deal zou hebben gesloten. Maar dat valt (voorlopig) binnen de - wat ik maar even noem - vrije handelingsruimte van de archivaris/archiefdienst.
    In Arnhem en in Utrecht is dezelfde afweging (openbaarheid geen probleem, economisch interessant, maar vinden we het ook ethisch verantwoord?) gemaakt, maar met een verschillende uitkomst. Daar kunnen ze met elkaar over discussiĆ«ren, maar die vrije ruimte geeft tegelijkertijd ook kleur aan het Nederlandse archieflandschap (en levert ook de nodige problemen op hoor). Diezelfde ruimte wordt namelijk ook gebruikt om er bijvoorbeeld voor te kiezen om een hele andere doelgroep op een andere manier te bedienen of om hele andere producten en diensten te ontwikkelen dan een andere archiefdienst.
    Interessant vind ik nu vooral dat een aantal collega's die vrije ruimte willen beperken door het (laten) stellen van richtlijnen, zelfs door het misschien wijzigen van de wet. Feitelijk zouden we dan 'iemands' ethische waarden/normen (of waar iemand die bepaalde grens trekt in de discussie) tot richtlijn/wet verheffen.
    En ja, deze discussie komt inderdaad wat laat... maar goed, we werken voor de eeuwigheid, dus hebben de tijd... net als de mormonen trouwens. ;-)

    BeantwoordenVerwijderen
  5. Wat ik erg mis in de discussie is dat er om het 'misbruik' te voorkomen beperkingen opgelegd zouden moeten worden op basis van een belang dat achter de inzage of verveelvoudiging zit. Daarmee wordt je dus een poortwachter en dien je eerst naar het belang te vragen en de openbaarheid is daar niet mee gediend. Mijns inzien is er geen onderscheid tussen een enkele inzage/reproductie of een grootschalige inzage/reproductie. Ook bij een enkele reproductie kunnen dit soort kwesties naar boven komen. Wat als er iemand komt en ook reproducties wil maken van de openbare registers van de burgerlijke stand of andere archiefbescheiden. Tegenwoordig heeft iedereen een fototoestel. 
    Dit recht o.a. vastgelegd in de Archiefwet is wat mij betreft een fundamenteel recht in onze democratische rechtstaat. 
    Indien we de privacy als gesteld in de WOB/Archiefwet zodanig uit gaan breiden dat deze ook van toepassing is op overleden personen dan kunnen we dus de DTB en BS ook achter slot en grendel zetten of moeten we daarin alle namen wegstrepen?

    Wat ik me ook nog afvroeg indien dit soort samenwerkingen niet mogelijk zijn wat er dan voor archiefinstellingen overblijft in het kader van cultureel ondernemen waar men tegenwoordig met het afdrijven van de kerntaken van archiefinstellingen zo vaak over gesproken wordt!

    Tot slot wil ik graag de woorden van Ingmar aanhalen uit zijn vorige blog:"Laten we dus alsjeblieft niet meehuilen met de wolven en losse flodders afschieten, maar gewoon ons werk doen: mensen zo onbeperkt mogelijk toegang geven tot onze archieven, ongeacht wat ze daarna met de gevonden gegevens doen. Dat is namelijk de portee van punt zes van onze ethische code."

    BeantwoordenVerwijderen
  6. Ingmar,
    leuk gegeven. Of de rechter dit ook bij de archiefwet vindt moeten we natuurlijk afwachten maar dat niet alleen de grenzen van de WBP bepalend zijn bij een rechter is een mooie uitspraak. Nu maar wachten op de Raad van State of een nieuwe wet.
    Cees de Groot

    BeantwoordenVerwijderen
  7. De hele (archief)wettelijke discussie over wat eventueel wel of niet mag en de eigen keuzes en interpretaties die Archiefdiensten daarbij maken is erg interessant. Wat mij meer verbaast is het feit wat - in dit geval de Mormonen - met de verworven informatie doen. Datzelfde geldt uiteraard voor andere partijen.
    Het heeft enorm veel voordelen dat we in NL allerlei gegevens uit archieven kunnen putten. Het zou m.i. toch triest zijn als door bv deze 'affaire' allerlei beperkingen worden opgeworpen.

    BeantwoordenVerwijderen
  8. @erichennekam Zoals ik in mijn reactie op Archief 2.0 ook al zei gaat het in dit geval niet om toegang, maar om afschriften. Artikel 14 stelt dat iedereen zelf afschriften mag laten maken (dat is de wet) en de beroepscode stelt dat we onze diensten onpartijdig verlenen (dat is de ethiek).
    De Mormonen zeggen nu tegen de archiefdiensten: wij zouden graag een afschrift hebben van alle openbare akten van de burgerlijke stand. 
    Volgens mij kan een archivaris noch op juridische gronden, noch op ethische gronden dit verzoek naast zich neerleggen. Hij zou kunnen zeggen: "Kom die reproducties maar zelf in de studiezaal maken", maar dat is niet alleen heel veel werk voor de mormonen, maar ook voor de archiefdienst zelf.
    Ik vind het dan niet zo gek als een archiefdienst zegt: zullen we er voor zorgen dat we hier alletwee voordeel bij hebben? Ik zorg dat jij makkelijk die reproducties kunt maken en in ruil daarvoor krijg ik ook kopieƫn.

    BeantwoordenVerwijderen
  9. Dank je Bennie. 
    Een van de verworvenheden is inderdaad dat je aan niemand hoeft te verklaren waarom je stukken wil inzien of reproducties wil hebben. Het feit dat dit bij bijvoorbeeld het Koninklijk Huisarchief wel moet, is volgens mij ook enkelen die nu schande roepen een doorn in het oog.

    BeantwoordenVerwijderen
  10. Ja Ron, het zou inderdaad zonde zijn. 
    Wat ik ook een beetje treurig vind, is dat de archivarissen die tegen zijn, alleen in de krant en een heel klein beetje op Twitter reageren. Helaas mengen ze zich noch hier, noch op Archief 2.0 in de discussie.

    BeantwoordenVerwijderen
  11. Ingmar Koch oeps, dus het Utrechts Archief enkele andere archiefdiensten hebben de wet overtreden................ 

    BeantwoordenVerwijderen
  12. @erichennekam Hoeft niet, maar zou best kunnen.

    BeantwoordenVerwijderen