woensdag 27 april 2011

Geheimen en openbaarheid

Afgelopen donderdag beschreef Anil Ramdas in de NRC het "denkcafé" Het nut van geheimen waar Steven van de Walle en Anreas Wismeijer (die van Geheimen van Nederland) met elkaar van gedachten wisselden.
Toch zei Van de Walle dat instituties als de politiek niet zonder geheimen kunnen. Stemmingen zijn geheim. Belangrijk politiek overleg is geheim. Zelfs het geven van cijfers is geheim. Een leraar kan niet precies omschrijven wat het verschil is tussen een 7,2 en een 7,5.
Van de Walles relativering van openbaarheid stuitte op protest van mensen uit de zaal, die toch een groot verschil zagen met dictaturen.
Daarop zei de bestuurskundige, afkomstig uit rolluikland België, dat die Nederlandse openbaarheid toch sterk achterloopt op de rest van Europa. Verzoeken tot openbaring van stukken op grond van de Wet openbaarheid van bestuur worden tegengewerkt door hoge leges en ingewikkelde procedures. De cultuur van de protestantse open gordijnen valt tegen. De mensen zijn niet op zoek naar geheimen, verklaarde hij. „Het vertrouwen van Nederland in de overheid staat op eenzame, Scandinavische hoogte.”
Op een paar boze bloggers na protesteert bijna niemand tegen al die geheimhouding.
Zou Van de Walle gelijk hebben? Misschien wel, maar dat betekent niet dat die protesten van die paar bloggers onnodig of overdreven zijn. Iemand moet het toch doen?

Plaatje: Secret bunker van Marcmo

6 opmerkingen:

  1. Ik ben al jaren de overtuiging toegedaan dat de kloof tussen burger en politiek/bestuur vooral een kloof is die niet bestaat. Het is een verzinsel van politici en media. Zij willen aandacht -om stemmen te winnen of pagina's te verkopen. Er is wel een kloof maar die ligt binnen het ambtelijk bestuur. De vermenging tussen politici en top-ambtenaren heeft er toe geleid dat het denken in wenselijkheden de overhand heeft gekregen; en de ambtenaren die deze schijnwerkelijkheid mogen realiseren -in rijkstermen BBRA schalen 14 en lager- met de gebakken peren zitten. Illustratie: gisterenavond een discussie in de Tweede Kamer over politietrainingen in Afganisthan. Dat gaat echt nergens over, iedere trainer kan je uitleggen dat er in Afganisthan een werkelijkheid heerst die met Haagse blablabla niet in de hand is te houden. Politiemensen die het verkeer regelen, me hoela, dat zijn politiemensen die roadblocks bewaken en gevaar lopen om door een bom de lucht in te vliegen.
    Dus, volgens mij, openbaarheid en eventuele terughoudendheid in Nederland hebben twee oorzaken:
    1. Politiek en ambtelijke top hebben alle motieven om niet te open te zijn, in de spiegel van de waarheid zijn alle rimpels diep;
    2. De BBRA 14 en lager worden kwetsbaar en zijn de Sjaak, in de woorden van Maarten Toonder (uitegsproken door Bill Super) 'recht is een krom iets dat rechtgemaakt is'. In mijn woorden 'openbaarheid is een middel om je handen schoon te wassen'.
    Somber? Nee hoor, hier mag ik dit schrijven in veel andere landen niet.
    Mijn advies aan media: ga eens wat meer onderzoeken, zegt echt eens waar het over gaat in plaats van achter een leger van voorlichters aan te lopen. En gebruik je eigen verstand.

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Interessante reactie Max. Je hebt gisteren ongetwijfeld ook in "onze" NRC het artikel gelezen over de studie Gevaarlijk spel. De verhouding tussen pr & voorlichting en de journalistiek:
    "Journalisten moeten zich assertiever opstellen tegenover voorlichters, stellen onderzoekers van de UvA. Media geven pr-medewerkers te veel ruimte om verhalen te sturen. De beste tegenzet is een lastige: meer transparantie.
    (...)
    Juist omdat de onafhankelijke media nog belangrijk zijn, kunnen ze zich volgens de onderzoekers veel assertiever opstellen. Ze doen een reeks aanbevelingen. Bijvoorbeeld: neem geen persberichten rechtstreeks over, sla eens een primeur af, geef geen inzage meer ter controle van feitelijke onjuistheden want dat verschaft de voorlichters een belangrijk middel om invloed uit te oefenen en beperk redactionele bezuinigingen."

    BeantwoordenVerwijderen
  3. Nee ik ben geen abonnee van de NRC, maar een verstokte Volkskrantlezer en zaterdagkoper van van alles en nog wat, maar dit terzijde. Je reactie is een bevestiging van een deel van mijn commentaar: de media moeten beter functioneren. De NRC claimt hier in te investeren, maar voorlopig zie ik daar weinig van terug. Het andere deel van mijn reactie gaat over een veel riskanter aspect van onze samenleving. Wij -de burgers- hebben de overheid dat is de politiek én de ambtenarij- het mandaat gegeven om de samenleving te besturen. Ik maak me echt zorgen over de door mij geschetste kloof. Indien ik namelijk gelijk heb dan is het logisch dat vele -kijk naar de verkiezingen van de laatste 20 jaar en je kan vele bewijzen vinden- burgers het geloof in dit mandaat verliezen. Openbaarheid is al sinds Thorbecke de beste leerschool voor de democratie (stond vroeger in de hal van het Algemeen Rijksarchief). Een waarheid als een koe. het wordt tijd dat we als ambtenaar hier naar gaan leven en als burger helder blijven over ons mandaat!

    BeantwoordenVerwijderen
  4. De Volkskrant, dat is toch drie keer de publieke omroep...?
    Over de rest van je reactie over "de kloof" moet ik nog even nadenken... Ik geloof wel dat ik 't met je eens ben, maar weet nog niet wat de oplossing zou zijn.

    BeantwoordenVerwijderen
  5. Als we nu eens al die zogenaamde voorlichters omscholen tot informatiemedewerkers die zorgen dat de archieven in goede orde zijn en toegankelijk via internet dan zouden we veel kunnen besparen. Vandaag, de dag van de persvrijheid betoogd minister Donner (CDA) dat het maar beter is dat zaken in achterkamertjes gebeuren en dat we maar beter naar voorlichters moeten luisteren, kortom de wereld op zijn kop. Het is duidelijk dat deze man in de periode van het stadhouderstijdperk is blijven hangen en nooit de verlichting heeft gezien.

    BeantwoordenVerwijderen
  6. Ik zag je tweet toen straks, Bennie. Het is inderdaad nog al schokkend wat Donner beweert:
    "Donner houdt op de dag van de persvrijheid een anti-openbaarheidspleidooi. WOB heeft volgens Donner niets met persvrijheid te maken. Hij bepleit dat in "bestuurlijke intimiteit" ideeen/adviezen moeten kunnen worden gemaakt. "Wetten zijn als worstjes je kunt maar beter niet zien hoe ze gemaakt zijn". Donner vindt dat journalisten meer op voorlichters moeten vertrouwen."

    BeantwoordenVerwijderen